De druppel en de oceaan
Er was eens… een waterdruppel
Hangend aan de ránd van een blad
Helder en zuiver,
maar wachtend en onwetend,
omdat hij te druk met zichzelf was…
Boven de zon, beneden de rivier
De druppel ertussen in.
‘Zal ik springen? Zal ik glijden? Zal ik gaan? Zal ik blijven?’
‘Zal ik springen? Zal ik glijden? Zal ik gaan? Zal ik blijven?’
‘Zal ik springen? Zal ik glijden? Zal ik gaan? Zal ik blijven….?’
Herhalend… als een mantra – wachtend op wat?
‘Op het volmaakte moment!
Dán ben ik helder van geest en volledig transparant;
pas dan laat ik los en ga op in de zee…!’
Maar hij sprong niet en was bij-na verdampt….
De wind kwam voorbij en fluisterde door het riet
Er was geen houden meer aan!
En daar…. ging hij dan,
Naar de zee, naar het water, naar de groooote oceaan….
En opeens was het duidelijk:
In dit grote geheel…
Elke druppel is de zee…
En hij zag zichzelf…
in al het andere weerspiegeld.
Verlangen is als een rivier, die steeds dezelfde naam behoudt, maar waarin het water voortdurend verandert.
Multatuli, Nederlands schrijver (ps. van Eduard Douwes Dekker) 1820-1887